Sinds de gezondheidscrisis zijn de werkgewoonten doortastend geëvolueerd. Enkele loontrekkenden hebben bijvoorbeeld de wens geuit om, in de mate van het mogelijke, vanuit het buitenland te mogen werken. Het leidt geen twijfel dat beroepsactiviteiten uitvoeren ergens in een villa in het zuiden van Europa een stuk aangenamer is dan in een appartement in Brussel. Let wel: sinds 1 juli 2022 zijn de geldende regels op dit gebied gewijzigd. Vandaar onderstaande stand van zaken van de regelgeving.
Binnen de Europese Unie is de loontrekkende verplicht sociale-zekerheidsbijdragen te betalen in het land staat waar hij of zij (tele)werkt. Bij gelijktijdige tewerkstelling in meerdere lidstaten dient de loontrekkende de bijdragen te betalen in het land waar hij woonachtig is, weliswaar op voorwaarde dat hij daar ten minste 25% van zijn beroepswerkzaamheden uitoefent.
Sinds 2020 hebben de Belgische en Europese overheden akkoorden ondertekend die de impact van de maatregelen rond verplicht telewerken neutraliseren. Gedurende een overgangsperiode (die in principe eindigt op 31 december 2022) blijven de sociale-zekerheidsbijdragen verschuldigd van het land waar de werkzaamheden normaliter verricht hadden moeten worden.
Vanaf 2023 (en afgezien van een eventuele tijdelijke detachering) is de loontrekkende die zijn beroepsactiviteiten uitoefent vanuit het buitenland de sociale-zekerheidsbijdragen verschuldigd van het land van waaruit hij daadwerkelijk werkt (voor zover de overgangsmaatregelen niet worden verlengd).
Volgens het geldende verdrag ter voorkoming van dubbele belastingheffing wordt de loontrekkende in principe belast in het land waar hij (tele)werkt. Deze regel kan de werkgever verplichten een buitenlandse belasting aan de bron in te houden, conform de binnenlandse belastingbepalingen van dat land. De voordelen moeten dan de fiscale verwerking ondergaan die door de lokale wetgeving wordt opgelegd.
België heeft akkoorden gesloten met de buurlanden (Frankrijk, Duitsland, Nederland en Luxemburg) om de fiscale gevolgen van dergelijk telewerk te neutraliseren. Op grond van deze overeenkomsten blijven de dagen van telewerken vanuit het buitenland belastbaar in de Staat waar het werk in principe had moeten worden verricht, ondanks het feit dat de werknemer daar niet fysiek werkt. Deze fiscale neutralisatiemaatregelen vervielen echter op 30 juni 2022. Volgens de gebruikelijke regels blijft de in België woonachtige werknemer van een Belgische onderneming die minder dan 183 dagen per jaar telewerkt vanuit het buitenland, normaliter belastingplichtig in België.
De werknemer die zijn arbeidsovereenkomst uitoefent vanuit de bedrijfsruimten van de werkgever of die zich naar zijn werkplaats begeeft, is gedekt door de door zijn werkgever afgesloten arbeidsongevallenverzekering. Indien is overeengekomen dat de werknemer zijn beroepsactiviteiten vanuit het buitenland verricht, zal de bedachtzame werkgever contact opnemen met zijn verzekeraar voor arbeidsongevallen om ervoor te zorgen dat het contract ook de risico’s dekt die voortvloeien uit telewerken (in het buitenland).
Bij arbeidsovereenkomsten blijft het principe van de wilsautonomie van toepassing. Dit betekent dat de partijen in onderling overleg het recht kunnen kiezen dat zal worden toegepast op de arbeidsverhouding. Indien de partijen een overeenkomst bereiken over telewerken vanuit het buitenland, blijven de bepalingen van de arbeidsovereenkomst (die niet strijdig zijn met de bijlage die telewerken regelt) in principe van toepassing. De bedachtzame werkgever beslist om zijn telewerkbeleid duidelijk uit te stippelen aan de hand van interne richtlijnen of via een collectieve arbeidsovereenkomst. Laten we hier benadrukken dat de dwingende regels (dit zijn regels die zo belangrijk worden geacht dat partijen er niet in overleg van kunnen afwijken) van het arbeidsrecht van het land van waaruit de beroepswerkzaamheden worden verricht, van toepassing blijven.
Telewerken vanuit het buitenland kan gevolgen hebben voor de sociale zekerheid (na het vervallen van de neutraliseringsmaatregelen voor telewerkende grensarbeiders), voor de fiscaliteit, maar ook voor de arbeidsrelaties. Werknemers moeten attent worden gemaakt op de gevolgen van een verandering van fiscale woonplaats of de aanzienlijke uitoefening van beroepsactiviteiten vanuit het buitenland. De bedachtzame werkgever maakt vervolgens duidelijke afspraken met de betrokken werknemers (bijvoorbeeld het aantal dagen dat ze vanuit het buitenland mogen telewerken). Voor zover de loontrekkende in het buitenland belastbaar wordt, zal de werkgever eventueel moeten voorzien in een vorm van “bronheffing” (bedrijfsvoorheffing) in het andere land, conform de lokale fiscale bepalingen.
Geschreven door: Nicolas Tancredi, DWMC Advocaat
Krijg alle updates over onderzoeken en business opportuniteiten!